De term economische efficiëntie, zoals de naam al aangeeft, is de behendigheid waarmee een economisch systeem productieve middelen gebruikt om aan zijn behoeften te voldoen. Todaro definieert het als het concept dat in zaken van productie betekent: "gebruik de productiefactoren in combinaties van lagere kosten, consumptie, toewijzing van uitgaven die de tevredenheid van de consument (nut) maximaliseren." Verder wordt er gezegd dat het ene economisch systeem efficiënter is dan het andere (in relatieve termen) als het met dezelfde economische middelen meer goederen en diensten aan de samenleving levert.
De oorsprong van dit concept wordt momenteel in verband gebracht met dat van de marginale school, van het personeelsbestand van Antoine Augustin Cournot en Jules Dupuit, die respectievelijk de concepten business en social profit of winstmaximalisatie introduceerden.
Een van de vele doelstellingen van de economie houdt verband met het verhogen van de productie, die al sinds het begin aanwezig is. Experts in het veld gebruikten termen als meer product of productie, verhoogde productiviteit, of het nu gaat om specifieke machines of het systeem in het algemeen, onder andere.
Economische efficiëntie omvat twee zeer belangrijke aspecten, namelijk:
- Productieve efficiëntie: het is de situatie waarin het niet mogelijk is om de geproduceerde hoeveelheid van een goed of dienst te vergroten, tenzij de geproduceerde hoeveelheid van een ander wordt verminderd, met gebruikmaking van alle middelen en de best beschikbare technologie. Met andere woorden, nieuwe herverdelingen van middelen maken het niet mogelijk om meer van iets goeds te produceren zonder dat er minder van een ander moet worden geproduceerd. De enige manier om de productie van alle goederen te verhogen, is door de technologie te verbeteren of de hoeveelheid middelen te vergroten. Dit houdt in dat elk van de individuele producenten niet alleen de maximale productie behaalt met een minimum aan middelen, maar ook dat de productie wordt gerealiseerd tegen zo laag mogelijke kosten.
- Ruil- en consumptie-efficiëntie: een situatie waarin er een zodanige verdeling van factoren en goederen onder mensen is dat als het wordt gewijzigd ten voordele van een persoon, dit noodzakelijkerwijs een ander schaadt. Met andere woorden, er is geen andere herverdeling van goederen en factoren tussen mensen die het welzijn van al deze goederen tegelijkertijd verbetert.