Anisakis is een geslacht van parasitaire nematoden met levenscycli die vissen en zeezoogdieren aantasten. Ze zijn besmettelijk voor mensen en veroorzaken anisakiasis. Mensen die immunoglobuline E produceren als reactie op deze parasiet, kunnen vervolgens een allergische reactie krijgen, waaronder anafylaxie, na het eten van vis die is geïnfecteerd met Anisakis-soorten. Het geslacht Anisakis werd in 1845 gedefinieerd door Félix Dujardin als een onderklasse van het geslacht Ascaris Linnaeus, 1758.
Anisakis-soorten hebben complexe levenscycli die hun hele leven door een aantal gastheren gaan. De eieren komen uit in zeewater en de larven worden opgegeten door kreeftachtigen, meestal euphausiids. De geïnfecteerde kreeftachtigen worden vervolgens opgegeten door vissen of inktvissen en de nematoden graven zich in de darmwand en encysten in een beschermende laag, meestal aan de buitenkant van de viscerale organen, maar af en toe in de spier of onder de huid. De levenscyclus is voltooid wanneer een zeezoogdier een geïnfecteerde vis eet, zoals een walvis, zeehond, zeeleeuw, dolfijn en andere dieren zoals zeevogels en haaien.
Nematoden in de darm voeden, groeien, paren en geven eieren af in zeewater in de ontlasting van de gastheer. Omdat de darmen van een zeezoogdier functioneel sterk lijken op die van een mens, kunnen Anisakis-soorten mensen infecteren die rauwe of onvoldoende verhitte vis eten.
De bekende diversiteit van het geslacht is de afgelopen 20 jaar enorm toegenomen, met de komst van moderne genetische technieken voor soortidentificatie. Elke laatste gastheersoort bleek zijn eigen biochemisch en genetisch identificeerbare "broers en zussen" te hebben voor Anisakis, die reproductief geïsoleerd is. Door deze bevinding kon het aandeel van verschillende zustersoorten in een vis worden gebruikt als een indicator van gemeenschapsidentiteit in vispopulaties.
Anisakis hebben de gemeenschappelijke kenmerken van alle nematoden; het lichaamsplan wormvormig, rond in doorsnede en zonder segmentatie. De lichaamsholte wordt teruggebracht tot een pseudocous. De mond bevindt zich anterieur en is omgeven door uitsteeksels die worden gebruikt voor voeding en sensatie, met de anus iets naar achteren verplaatst. Het plaveiselepitheel scheidt een gelaagde cuticula af om het lichaam te beschermen tegen spijsverteringssappen.