Deze fase die Rome doormaakte, werd gekenmerkt door het presenteren van een republikeins regeringssysteem, waarmee de Romeinse republiek werd opgericht, een gebeurtenis die plaatsvond in 509 voor Christus.Dit gebeurt precies wanneer het tijdperk van de monarchieën eindigt en Rome de laatste koning verlost: Lucio Tarquinio "de trotse".
De politieke transitie die Rome op dat moment doormaakte, ging gepaard met krachtig geweld en sociale confrontaties, het enige dat ze bereikten was dat de naburige volkeren er gebruik van maakten door de territoriale macht van Rome te verminderen en zo in staat te zijn om om het volledig te laten verdwijnen.
Het begin van de Republiek was ondergedompeld in absolute onzekerheid, gezien de toen heersende politieke chaos. Het slaagde er echter beetje bij beetje in om zich te vestigen, geleid door een ietwat complexe grondwet, die zich richtte op de principes van onafhankelijkheid van machten, machtsverhoudingen en regeringsdomeinen. De ontwikkeling van de republiek Rome werd sterk beïnvloed door de conflicten tussen de aristocraten, de Romeinen die rijk waren maar niet tot de adel behoorden en de patriciërs.
Sinds de oprichting van de republiek werd de staat Rome beschreven met het acroniem SPQR. (Cenatas Populusque Romanus) wat in het Spaans betekent: "de Senaat en het Romeinse volk". Deze republiek voerde een systeem in dat machtsmisbruik niet toestond door uitvoerende en wetgevende functies te verdelen en door posities om te zetten in keuzevakken en tijdelijk. Omdat niets echter perfect is, werd een oligarchisch model gehandhaafd, waarbij ze, om toegang te krijgen tot de basisinstellingen, tot de patriciërssector moesten behoren. Toen de gewone mensen werden uitgesloten, drukten ze hun ongenoegen uit over een reeks sociale confrontaties die uiteindelijk de gelijkheid tussen patriciërs en gewone mensen in de 3e eeuw voor Christus afronden.
De Senaat, van zijn kant, was aanwezig tijdens de monarchie en bleef aanwezig tijdens de republiek, waarbij hij al zijn bevoegdheden handhaafde en zichzelf definitief accentueerde als een entiteit die leiding en advies geeft aan de regering van Rome, die de interne orde controleert.
Het leven in de republiek Rome werd gekenmerkt door het volgende:
- Om te regeren, werd een reeks wetten gemaakt die het Romeinse recht integreerden.
- Dit recht wordt na verloop van tijd het rechtsprincipe in de hele westerse wereld.
- De aanwezigheid van twee totaal verschillende sectoren van de samenleving: de patriciërs (de rijken en eigenaren van de meeste landen) en de gewone mensen, die werden vertegenwoordigd door de arme mensen van Rome.
- Alleen de patriciërs konden toegang krijgen tot politieke en religieuze standpunten.
De republiek van Rome begint helaas tot een stadium van voer crisis die toeneemt wanneer een civil war ontstaat die geconfronteerd militaire leiders met opstandige slaven. Het enige dat deze crisis veroorzaakte, was dat het leger een grotere plaats had binnen de regering.
Ten slotte verdwijnt de Republiek Rome, dankzij het feit dat de senaat alle politieke macht omvatte behalve de uitvoerende macht. Dit leidde ertoe dat de Eerste Kamer de uitvoerende macht aan iemand anders dan een politicus moest toevertrouwen. Kortom, de versterking van het personalistische karakter bracht de Republiek tot zinken en maakte plaats voor de geboorte van een nieuw regeringssysteem: het rijk.