De term calamiteit komt van het Latijnse "calamitas" of "calamitatis" wat klap, gesel, gesel of schade betekent, maar in een andere zin wordt het gebruikt om ramp of ongeluk aan te duiden, dit woord is afgeleid van een Indo-Europese wortel. In onze taal, wanneer we het woord calamiteit gebruiken, doen we het om te verwijzen naar een ongeluk, ongeluk, lijden of tegenspoed dat verschillende individuen treft. Dit fenomeen verandert de normale volgorde van dingen, afhankelijk van waar het gebeurt. Een zeer levendig voorbeeld van een calamiteit kan een natuurlijke gebeurtenis zijn, zoals aardbevingen, overstromingen, tsunami's, pest, vulkaanuitbarstingen, of in dergelijke gevallen door de mens veroorzaakte gebeurtenissen zoals oorlog.
Het woord calamiteit wordt ook gebruikt om een incompetente, onhandige en onbekwame persoon of individu aan te duiden dat er niets goed gaat en dat er allerlei tegenslagen of pech overkomen. Door dit woord ook te noemen, wordt benadrukt dat iets van slechte kwaliteit is, en dat het een slechte indruk op de ogen veroorzaakt, dat wil zeggen iets dat niet goed is gedaan.
Een ander zeer specifiek gebruik is om te verwijzen naar een huiselijke calamiteit, dit woord beschrijft op de werkplek een ernstige familie- of thuisgebeurtenis en beïnvloedt de gemeenschappelijke ontwikkeling van beroepen en taken van een persoon in zijn werk, dit kunnen een ziekte, overlijden van een familielid of vriend, of ernstig letsel; daarom zal het hoofd van genoemde entiteit of organisatie in staat zijn om de werknemer die een dergelijke calamiteit lijdt, de gelegenheid te geven om deze gebeurtenis op te lossen.