Het menselijk genoom is de genetische codering waarin alle erfelijke en gedragsinformatie van de mens is vervat. Omdat dit de meest complexe genetische structuur in de dierenwereld is, heeft het de nodige informatie voor een generatie met hetzelfde menselijke genoom om dezelfde eigenschappen te hebben of op zijn minst een paar in een individuele samenstelling te accepteren. Het menselijk genoom wordt op een generieke manier vastgesteld en wordt waargenomen in de 23 paar chromosomen. Een chromosomale studie heeft de complexe samenstelling van deze structuur onthuld, wat de volgende gegevens oplevert: het bestaat uit 23 paar chromosomen, elk met een andere functie, ze dragen fundamenteel erfelijk materiaal bij aan het DNA, in totaal zijn 22 chromosomen structureel, en de laatste paar, dragen de seksuele informatie, maar een van hen overheerst in het paar, waardoor de seksualiteit van het specimen wordt bepaald.
Het menselijk genoom heeft zijn eigen eenheid, het gen. Het gen is de minimale uitdrukking van de structuur waarin een deel van de code is opgeslagen, het menselijk genoom bestaat uit miljoenen van deze genen en vertegenwoordigt daarmee de kleinste variabele in de vergelijking van het menselijk leven. Menselijke cellen, per definitie eukaryoot, hebben een versnelde beweging, ontwikkelen functies in het lichaam vanaf het moment dat het wordt bevrucht, het menselijk genoom begint zich te vormen en verkrijgt van de moeder de noodzakelijke componenten die van haar worden geërfd, door de vader, de sperma dat in het ei wordt ingebrachthet draagt al de lading vaderlijk DNA die nodig is voor de fokkerij. Deze combinatie van verschillende patronen creëert een nieuwe, vergelijkbaar maar met een andere genomische structuur, daarom is het menselijk genoom uniek in zijn stijl, aangezien het de eigenschap heeft zich aanzienlijk te distantiëren van zijn oorsprong, tegelijkertijd met behoudt een gemeenschappelijk erfelijk karakter.
Het menselijk genoom is niet alleen een prachtige structuur met genetische kenmerken, het is ook het centrum van erfelijke ziekten bij uitstek, omdat in de samenstelling van chromosomen, met een aantal omgekeerde, extra of identieke chromosomen, vreemde mutaties en ziekten worden gegenereerd., meestal geassocieerd met relatief onaanvaardbare fysieke misvormingen of gedragsveranderingen.