De wet van Avogadro maakt deel uit van de beroemde ideale gaswetten. Het werd voor het eerst geformuleerd door de natuurkundige Amedeo Avogadro, die door zijn theorie over het aantal moleculen in gasmonsters, erin slaagt uit te leggen hoe gassen zich vermengen, met behoud van een eenvoudige verhouding tussen hen.
Avogadro ondersteunt zijn hypothese in de studies die tot dan toe bestonden aan gassen en in de resultaten die zijn verkregen in zijn experimenten.
Avogadro formuleert in 1811 het volgende postulaat:
" Vergelijkbare hoeveelheden gas van verschillende stoffen, berekend onder gelijke omstandigheden in druk en temperatuur, bevatten dezelfde hoeveelheid deeltjes."
Waarom gebeurt dit?
Bij het vergroten van de hoeveelheid gas in een container, zullen er meer moleculen zijn, waardoor de frequentie van botsingen tegen de wanden van de container toeneemt, waardoor de druk in de container veel groter wordt dan de buitenste, waardoor de zuiger plotseling omhoog gaat. Nu er een groter volume van de container is, zal het aantal botsingen van de moleculen tegen de containerwand afnemen en zal de druk terugkeren naar zijn oorspronkelijke waarde.
Verschillende jaren gingen voorbij voordat Avogadro het bestaan erkende van gasvormige moleculen die uit meer dan twee vergelijkbare atomen bestaan. Volgens hem zou tijdens een chemische reactie een reagensdeeltje moeten worden gereactiveerd met meer dan één deeltje van een ander reagens, waardoor een of meer productdeeltjes ontstaan, maar een deeltje kan niet worden gereactiveerd met een onnauwkeurig aantal deeltjes.
De wet van Avogadro is erg belangrijk geweest voor de wetenschap, omdat het de transformatie van materie naar een bepaald aantal deeltjes mogelijk maakt.