Het panentheïsme is het geloof dat God in alle dingen is en dat daarom zijn aanwezigheid permanent is, hoewel het kan veranderen en dynamisch is.
Het is de positie dat God groter is dan het universum, dat het universum in God is en dat het elk deel van de natuur doordringt, dat het deel uitmaakt van de natuur, dat het zich buiten de natuur uitstrekt en dat het ook verschilt van natuur. deze. Pantheïsme moet niet worden verward met pantheïsme dat zegt dat God en de natuur hetzelfde zijn en dat er geen verschil is tussen de een en de ander. Panentheïsme stelt echter dat God verandert. "De panentheïsten beschouwen God als een eindige en veranderende regisseur van wereldaangelegenheden die samenwerkt met de wereld om meer perfect van aard te zijn… ze geloven dat de wereld het lichaam van God is."
Het panentheïsme houdt vol dat God twee "emissies" heeft: actualiteit en potentialiteit. Het huidige bestaan en de aard van God veranderen, maar hun potentieel, dat kan zijn, verandert niet.
Panantheïsme is onbijbels omdat het de transcendente aard van God ontkent. Door te zeggen dat Gods verandert verwarren creatie met God, ontkent hij de wonderen en de incarnatie van Christus, in aanvulling op zijn offer van verzoening.
Het christendom is zo tegen pantheïsme gekant als panentheïsme.
In de Bijbel wordt de oorsprong van de wereld verklaard door de daad van een scheppende God. Daarom is God noodzakelijkerwijs onderscheiden van en onafhankelijk van de wereld. Volgens christelijke theologen maken zowel pantheïsme als panentheïsme de fout om het idee van God en de wereld te identificeren, twee concepten die met elkaar verband houden maar niet gelijkwaardig of complementair zijn, aangezien God niet dezelfde kan zijn als degene die heeft gemaakt.
Volgens de christelijke doctrine, vooral de katholieke doctrine, zijn er nu nieuwe vormen van pantheïsme en panentheïsme. Daarom onthullen die ideeën die de redding van de mens bepleiten door de dictaten van de natuur te volgen, een minachting voor Gods rol als schepper.
De filosofische benadering van panentheïsme is een poging om twee tegengestelde standpunten met elkaar te verzoenen: theïsme en pantheïsme.
Volgens het theïsme is er een God die de wereld schept en, vanuit het perspectief van pantheïsme, kan hij niet spreken van een God die de wereld schept.
Deze twee opvattingen zijn duidelijk tegengesteld en in principe onverenigbaar. Panentheïsme presenteert echter een argument dat de twee visioenen laat harmoniseren: de aard van God heeft twee dimensies in een enkel wezen, aangezien het enerzijds hetzelfde is als de wereld en tegelijkertijd iets transcendent is aan de wereld.