Binnen het juridische veld is erfgoed de juridische relatie tussen twee of meer individuen, die een economisch of eigendomsrecht hebben. Wanneer we het hebben over echte mensen, wordt het erfgoed het bezit, roerend of onroerend, dat toebehoort aan een onderwerp of een groep van hen, zoals de erfenis van een familie, het historische en culturele erfgoed van een regio, onder andere; dit wordt gekenmerkt doordat bijna iedereen er toegang toe heeft. Wanneer een actief onderhevig is aan constante wettelijke regelgeving, wordt het vaak het object genoemd, het object dat de juridische relatie tussen mensen bepaalt.
De term vindt zijn oorsprong in het Latijnse woord "patrimonium", waarvan de betekenis is "wat wordt ontvangen via de vaderlijke lijn". Oorspronkelijk was dit de naam die werd gegeven aan de reeks bezittingen die eigendom waren van een gens of familie, die van generatie op generatie werden geërfd door de patriarchen van de familieclan; de plicht van de persoon die nu de macht over eigendom had, was om het te behouden en te vergroten. Dit concept is ontwikkeld in de meest primitieve Romeinse wet en is in de loop van de tijd ontwikkeld en uitgebreid. In het jaar 1873 kwamen de auteurs Charles Aubry en Charles-Frédéric Rau namen de moeite om de patrimoniumrichtlijnen voor het moderne recht op te stellen, waarbij ze vaststelden dat niet al het goede als patrimonium kan worden beschouwd, alleen dat wat in geld kan worden gewaardeerd.
Eigen vermogen kan op dezelfde manier worden geclassificeerd als activa, de activa die al in bezit zijn en die op weg zijn om in bezit te worden genomen, naast de verplichtingen, ook wel nettowaarde genoemd, die schulden of bijdragen zijn die worden gemaakt, met de doel om bepaalde activa te bezitten.