Opera is een dramatisch en muzikaal werk waarin de acteurs zich zingend uiten, begeleid door een orkest dat, in tegenstelling tot het oratorium, wordt uitgevoerd in een theatrale ruimte voor een publiek. Er zijn verschillende genres die nauw verwant zijn aan opera, zoals de musical, de zarzuela en de operette.
Opera is een van de meest complete artistieke manifestaties die er zijn. Het is ontwikkeld als een toneelstuk, waarin de actie plaatsvindt in de recitatieven (momenten waarop de zangers het verhaal vertellen) en in de aria's de personages hun gevoelens en gedachten uiten.
Poëzie, muziek, zang en versiering in opera zijn zo nauw met elkaar verbonden dat men niet kan worden beschouwd zonder rekening te houden met de andere. De opera is een imitatie of theatrale weergave van een handeling, met als doel niet alleen de geest, maar ook de verbeelding en het oor te bekoren. De actie kan vulgair en alledaags zijn, zoals komedie, of illuster en groots zoals tragedie.
Er zijn veel elementen en mensen die een opera vormgeven: er moet een componist zijn (die de muziek maakt), de librettist (soms kan het dezelfde componist zijn), de uitvoerders (leidende zangers, begeleidende zangers en het orkest met de directeur), en degenen die aan het decor en de kostuums werken.
Opera werd aan het einde van de 16e eeuw in Florentijnse salons (Italië) geboren. In werkelijkheid is het ontstaan uit de behoefte om het soort vereenvoudigde, geordende en strikt gedefinieerde kunst van de beeldende kunst in een spektakel te veranderen.
De eerste grote operacomponist was Claudio Monteverdi, die de basis legde voor wat de toekomstige grote opera's (recitatieven en aria's) zouden worden. Deze culturele activiteit had prominente componisten zoals Alessandro Scarlatti, Jean Baptiste Lully, Wolfgang Mozart, Ludwig van Beethoven, Vincenzo Bellini, Richard Strauss, Claude Debussy en de grote Giuseppe Verdi, die misschien, samen met Richard Wagner, de belangrijkste operacomponist was. prestigieus in de geschiedenis.