Feedback is een proces waarbij een systeem, van elk type kan zijn, energie ontvangt die het zelf levert om zijn werking te garanderen. Laten we een denkbeeldige lijn trekken met een punt A en een punt B, de energie, het fluïdum of het product gaat van A naar B, maar als er een mechanisme wordt gecreëerd zodat hetzelfde product dat wordt gegenereerd door a, het weer terugkeert naar zijn oorsprong e een constante stroom aandrijven, zal effectieve feedback worden gegenereerd. De toepassing van deze definitie is te vinden in technische, chemische en fysische processen die over het algemeen mechanismen gebruiken om werk te optimaliseren.
De toepassing ervan in de andere, minder technische aspecten, maakte de term tot een studiemiddel, omdat de feedback van informatie dient om de kennis tussen bepaalde punten van een relatie te begeleiden. Een voorbeeld van feedback uit het veld van vandaag, het bedrijf lanceert zijn advertentiecampagne van zijn product naar klanten, om de reactie van mensen erop te meten, ze voeren veldonderzoek uit op sociale netwerken, om te bepalen Hoe is het geworden, of ze het nu leuk vonden of niet, waardoor een matrix van informatie en gegevens werd gegenereerd als resultaat van de feedback die werd gegenereerd tussen het publiek en sociale netwerken en het bedrijf met sociale netwerken.
Feedback is een dynamische tool die praktisch is omdat het het zoeken naar inhoud synthetiseert. Het is verwant in de samenleving die het gebruikt met feedback, omdat dit als een controle is over het begrip van een relatie. Als er feedback is, is het duidelijk dat er een overeenstemming is tussen de betrokken systemen. Met andere woorden, het systeem begrijpt zelf welke procedure door alle componenten moet worden uitgevoerd.
Er zijn twee soorten feedback, positief en negatief, positief houdt in dat wat wordt “teruggekoppeld” een toename genereert, deze variatie zorgt ervoor dat het systeem beter en sneller werkt. De negatieve feedback is wanneer het initiële systeem de nodige kracht of stuwkracht produceert, zodat het systeem de stabiele aandrijfenergie aanvult en deze desmejore voorkomt of verdwijnt.