François-Marie Arouet, in de volksmond bekend als Voltaire, was een schrijver, filosoof, advocaat en historicus van Franse nationaliteit, geboren op 21 november 1764. Hij wordt beschouwd als een van de belangrijkste personages in de illustratie, een periode in de geschiedenis in die de kracht van de menselijke rede, wetenschap en respect voor anderen benadrukte. Voltaire was een groot kenner van Latijn en Grieks, aangezien hij het studeerde aan het jezuïetencollege Louis-le-Grand in Parijs. In 1746 werd François-Marie Arouet geselecteerd om deel uit te maken van de Franse Academie waar hij zetel 33 bekleedde.
In het jaar 1706 schreef François een werk dat hij de tragedie Amulius en Numitor noemde, waarvan enkele jaren na hun oprichting werden ontdekt, waarvan sommige delen in de 19e eeuw werden onthuld. Tussen 1711 en 1713 slaagde hij erin af te studeren als advocaat. Parallel hieraan slaagde hij erin om de post van secretaris te krijgen op de Franse ambassade in Den Haag, een baan waaruit hij zou worden ontslagen wegens een verkering met de Franse Catherine Olympe. Op hetzelfde moment van dit alles begon hij zijn tragedie te schrijven Oedipus, die in het jaar 1718 werd gepubliceerd.
Ter gelegenheid van de dood van Lodewijk XIV nam de hertog van Orléans de leiding over de administratie en François schreef kritiek op de hertog en zijn dochter, daarom zou hij voor een jaar in de Bastilles naar de gevangenis worden gestuurd, tijd die hij niet verspilde, aangezien hij zich wijdde aan het bestuderen van literatuur. Na zijn vrijlating werd hij verbannen naar Châtenay-Malabry, waar hij de bijnaam Voltaire zou aannemen.
Dit personage verwierf zijn bekendheid dankzij literaire geschriften, waaronder zijn filosofische werken kunnen worden benadrukt. Voltaire zag geen tegenstelling tussen een vervreemdend volk en een persoon die overweldigd, opgevoed en verdedigd werd door Jean-Jaques Rousseau, maar zag eerder een universeel en essentieel gevoel van rechtvaardigheid dat gevoeld zou moeten worden in samenlevingen.
Voltaire's teksten werden gekenmerkt door de eenvoud van de taal, waarbij elke vorm van nadruk werd vermeden. Hij was een expert in ironie en gebruikte het altijd om zichzelf tegen vijanden te beschermen. In 1778 besloot Voltaire terug te keren naar Parijs, met een speciale bescherming, en in mei van datzelfde jaar stierf hij.