De naam vulgaat wordt gegeven aan de Latijnse versie van de bijbelse heilige geschriften die verschillende verhalen uit de hand van de heilige Hiëronymus blootlegt en authentiek wordt verklaard door de katholieke kerk, de persoon die deze vertaling heeft gemaakt, heeft er vele jaren aan besteed om dit te maken. Ik werkte van het jaar 389 tot het jaar 405 na Christus, aan het vertalen van de Hebreeuwse taal naar het Latijn zodat het in veel delen van de wereld begrepen kon worden; genoemde vertaalde bijbel werd vulgaat genoemd om als "populair" te worden beschouwd.
Jerónimo probeerde tijdens zijn werk zo trouw mogelijk te zijn aan de Hebreeuwse tekst die hij behandelde, maar ondanks zijn inspanningen heeft de vulgaat veel contextuele fouten en de eerste fout was de vrijheid van de vertaling die deze man maakte aangezien hij kleine wijzigingen kon aanbrengen wanneer hij ze passend achtte, kan daarom worden aangenomen dat de vulgaat niet een volkomen getrouwe en nauwkeurige vertaling is, maar dat de structuur ervan enigszins werd gewijzigd om een betere locatie aan de woorden te geven. Een ander contraproductief voor de letterlijke vertaling van het Hebreeuws in het Latijn, is dat de versie die voor de vertaling werd gebruikt, werd gemaakt in de verenigde Hebreeuwse taal, daarom zou de Latijnse vertaling de tweede keer zijn dat de bijbelse woorden werden vertaald en natuurlijksommige bijbelpassages kunnen door dit probleem worden gewijzigd of beïnvloed.
Er zijn veel manuscripten die ondersteunen dat de vulgaat die vandaag bestaat, volgens de verhalen die elk manuscript vertellen, een andere naam heeft, waarvan de oudste de codex is van "Amiatinus" die voor de achtste eeuw werd geschreven, volgens de Chronologische volgorde wordt gevolgd door de codex "Fuldensis" die werd geschreven voor het jaar 545 na Christus en tenslotte de "Diatessaron", het belangrijkste manuscript voor het evangelie. De tijd dat de vulgaat vele malen werd gewijzigd, is in de middeleeuwen per vergissing van de mannen die de leiding hadden over dat werk, met name bij de vele gelegenheden waarbij mensen uit kloosters vertaalden voor het Europese koninkrijk en de verschillende talen die het behandelden.