Wetenschap

Wat is gips? »De definitie en betekenis ervan

Anonim

Gips is een algemeen mineraal gemaakt van gehydrateerd calciumsulfaat (CaSO4 • 2H2O), de karakteristieke kleur is wit, heeft een aards of compact uiterlijk en is meestal zacht genoeg om met de vingernagel te worden bekrast. Gekristalliseerd gips heeft witte of kleurloze, vaste of gelamineerde kristallen. Gips is een soort sedimentair gesteente dat wordt gevormd door de neerslag van calciumsulfaat in zeewater. Het vindt zijn oorsprong in vulkanische gebieden door de werking van zwavelzuur op mineralen met calciumgehalte; Het wordt ook in veel kleisoorten aangetroffen als een product van de reactie van kalksteen met zwavelzuur. Dit mineraal komt in alle delen van de wereld voor; enkele van de beste deposito's zijn in Frankrijk, Zwitserland, de Verenigde Staten en Mexico.

Calciumsulfaatdihydraat staat bekend als " natuurlijk gips ", "gipssteen" of "aljez". Deze verbinding wordt al sinds de oudheid gebruikt; de Egyptenaren gebruikten het voor mortel en stucwerk in de piramides van Gizeh, de tempels van Karnak en het graf van Toetanchamon. Andere toepassingen zijn als meststof in droge en basische bodems, als bed bij het polijsten van glasplaten en als basis voor pigmenten voor verven; het wordt ook gebruikt in Portland-cement.

Industrieel wordt het gedehydrateerde gips verwarmd, waarbij een deel van het water verloren gaat en verandert in een half-gehydrateerd fijn poeder, bekend als gips of " gebakken gips ". Dit wanneer gemengd met water zorgt voor een pasta die uithardt tot vormen. Het heeft voornamelijk medisch gebruik, omdat het dient als verband op een deel van het lichaam om het geïmmobiliseerd te houden. Het kan ook worden gebruikt als constructiemateriaal, om mallen te maken bij de vervaardiging van sculpturen en standbeelden, keramiek, tandplaten, onder anderen.