Een wet is een wettelijke norm, opgelegd door de bevoegde autoriteiten van elke zaak en jurisdictie (wetgevende organen of bevoegdheden). Wetten hebben kenmerken zoals algemeenheid, (die op iedereen gericht zijn) dwang, (niet naleven brengt een sanctie met zich mee) verplicht, (iedereen moet zich zonder uitzondering naleven), onder andere. De problemen of situaties die de wetten reguleren, kunnen verwijzen naar het mandaat of verbod van een specifieke kwestie.
Een organieke wet heeft als belangrijkste kenmerk dat ze wordt gedicteerd met een complementair karakter van de constitutie van een staat, dat wil zeggen dat de organieke wet nodig is vanuit constitutioneel oogpunt om bepaalde specifieke zaken te reguleren of te regelen, aangezien dit een van de belangrijkste functioneert de vorming van een regel om een voorschrift of instelling te ontwikkelen. Deze wetten hebben over het algemeen betrekking op de ontwikkeling van openbare vrijheden en fundamentele rechten, en stellen grenzen aan de toepassing ervan om naleving te garanderen.
De organieke wet die moet worden uitgevaardigd, vereist een reeks grondwettelijk vastgestelde vereisten, zoals het voldoen aan buitengewone voorwaarden en een daarvan is het hebben van een absolute of gekwalificeerde meerderheid zodat deze kan worden goedgekeurd; Dit komt doordat dit soort wetten zich bezighoudt met kwesties van groot belang en belang die de hele samenleving aangaan en vanwege de hiërarchie die het op juridisch niveau heeft, dit ook betekent dat een organieke wet niet gemakkelijk of op wilskracht kan worden gewijzigd. eigen aan een liniaal.
Het belangrijkste verschil dat bestaat tussen organieke wetten en gewone wetten is de hiërarchie die elk van hen op constitutioneel niveau heeft, waarbij de organieke wet een hogere hiërarchische rang heeft, en ook voor zowel de organieke wet als de gewone wet de competenties die behoren tot voor elk zijn ze verschillend. En om deze reden, als we het belang ervan voor elke natie in een piramidale reeks zien, bovenaan deze piramide staat de grondwet, dan de organieke wet en daaronder de gewone wet en andere voorschriften van elke staat.
Dit type wet is door veel landen geërfd, maar de oorsprong ervan gaat terug tot de Franse wet, verkregen uit de Franse grondwet in 1958.