Het woord salaris komt van het Latijnse "solĭdus". Het woordenboek van de echte Spaanse academie legt het woord salaris bloot als de beloning, beloning of beloning die wordt toegekend of aangewezen dankzij de uitvoering van een beroep, functie of een uitgevoerde professionele dienst. Met andere woorden, op een meer specifieke manier, is het die betaling die wordt gedaan aan de werknemer of arbeidersgroep die op een loonlijst staat of een positie of positie heeft met een vast monetair inkomen en de voordelen die de wet voorschrijft; en dat het ook wordt toegewezen aan elk van de werknemers die in een specifiek bedrijf of een specifieke organisatie werken, onder andere op administratief gebied, op kantoor, toezicht.
De oorsprong van het salaris ligt in de etymologie, omdat Solidus in de oudheid, in het bijzonder ten tijde van het Romeinse rijk, een gouden munt was die destijds werd geslagen en die grotendeels de denarius verving, de Romeinse zilveren munt. kenmerkend voor die tijd, die plaats maakte voor wat we nu geld noemen. Daarom leggen verschillende bronnen een van de betekenissen van de term bloot als een ouderwetse valuta, die een andere waarde had, afhankelijk van de tijd, het gebied of het land waar deze beschikbaar was.
Over het algemeen wordt het woord salaris gebruikt als synoniem van het woord salaris, dat ook is afgeleid van het Latijn, van het woord 'salarum', een term die verwant is aan 'zout', aangezien zout in de oudheid erg belangrijk was, omdat het werd gebruikt als betaald voor Romeinse arbeiders en in het oude Griekenland.