Cognitieve dissonantie beschrijft een situatie waarin iemands attitudes, overtuigingen of gedragingen een gevoel van ongemak veroorzaken dat leidt tot een verandering in hen om ongemak te verminderen en het evenwicht te herstellen.
Bijvoorbeeld, wanneer iemand rookt (gedrag) en weet dat roken kanker veroorzaakt (cognitie), maar hij zichzelf voor de gek houdt door tegen zichzelf te zeggen: "nou, er moet iets doodgaan."
Voor de psychologie staat cognitieve dissonantie bekend als de spanning of het ongemak dat we waarnemen als we twee tegenstrijdige of onverenigbare ideeën hebben, of als onze overtuigingen niet in overeenstemming zijn met wat we doen. Leon Festinger (1957) stelde de theorie van cognitieve dissonantie voor, die stelt dat een krachtige reden om de cognitieve consistentie te behouden kan leiden tot irrationeel gedrag en soms tot slechte aanpassing.
Volgens Festinger hebben we veel kennis over de wereld en over onszelf; Maar wanneer ze botsen, ontstaat er een discrepantie die een staat van spanning produceert die bekend staat als cognitieve dissonantie. Omdat de ervaring van dissonantie onaangenaam is, zijn we gemotiveerd om deze zo snel mogelijk te verminderen of te elimineren, waardoor consonantie (d.w.z. overeenstemming) wordt hersteld. Deze cognitieve elementen kunnen op drie manieren met elkaar in verband worden gebracht: dissonant, consonant of irrelevant.
Otro ejemplo: cuando vamos a comprar un par de zapatos. Nos gusta un par, pero cuando vemos el precio al que nos damos por vencidos, no está dentro de nuestro presupuesto gastar tanto en un par de zapatos cuando tenemos otras prioridades más básicas. El vendedor nos dice que “a veces tiene que darse ciertos gustos, especialmente cuando no lo hacemos a menudo” y ese argumento resuelve el conflicto interno, resuelve la contradicción, la disonancia, porque nos queda ese argumento.
Cognitieve dissonantie kan ook optreden wanneer een ander gedrag van een andere aard een overtuiging tegenspreekt. Als iemand bijvoorbeeld ruzie maakt met zijn broer en de overtuiging die door het gezin wordt overgedragen, is dat je met broers en zussen nooit ruzie hoeft te maken omdat "er binnen het gezin geen discussie is". Het gevoel dat door de discussie wordt geproduceerd, is in tegenspraak met het geleerde geloof. Om de spanning op te lossen, kan de persoon zijn standpunt verloochenen en zijn excuses aanbieden aan zijn broer. Of misschien durf je het geloof in twijfel te trekken en het opnieuw te creëren of opnieuw vorm te geven. "Er is altijd een eerste keer".
De theorie van cognitieve dissonantie wordt erkend in het therapeutische veld, dat vaak opzettelijk wordt uitgelokt, zodat de persoon een zeer beperkende of strikte overtuiging verlaat en een breder perspectief kan zien.